Na 2 dagen rust was het tijd om weer op de fiets te stappen. Maar we waren nog maar net het dorp uit toen Linda’s fiets moeilijk begon te doen. Hij ratelde, wilde niet meer schakelen en niet meer achteruit trappen. Dus terug naar het dorp. Gelukkig was het een dorp met veel faciliteiten en ook een aantal goede fietsenwinkels. Dat kom je niet vaak tegen op de route, dus hadden we geluk. Naar de dichtstbijzijnde fietsenwinkel gereden en verteld wat er aan de hand was. Gelukkig bleek het niet iets heel ernstigs te zijn, 1 van de derailleurwieltjes was helemaal kapot. De lagers kwamen er zelfs uit, dat hadden we nog nooit gehad! Ze hadden nog een gebruikt wieltje liggen dat paste en die is er op gezet, simpel en goedkoop opgelost. Toen konden we weer fietsen.
Het was nog steeds erg heet en op een gegeven moment stak er een man de weg over. Het bleek dat hij ons koud drinken wilde geven. Dit was waar we al zo veel over gelezen hadden; mensen die eten, drinken en/of onderdak geven aan fietsers op de route. Die mensen worden trailangels genoemd en wij hadden onze eerste trailangel dus ontmoet.
De volgende dagen reden we door de hitte en door mooie natuur. Door bossen en velden, langs meren en over single track. Het was weer veel klimmen en dalen, maar de mooie omgeving was dat wel waard. We zagen Ray s’middags op de campings en hadden gezellige avonden. Ook de ACA groep kwamen we een aantal keer weer tegen en we waren blij met het eten dat ze met ons deelden. We wisten aan de brand bij Seeley Lake te ontsnappen door er net op tijd weer weg te zijn en reden verder over goede en slechte wegen. Soms was de weg zo slecht dat de afdaling nog langer duurde dan de klim, door al het gestuiter over stenen en keien.
Na een paar dagen kwamen we aan bij de beroemde Llama Ranch. Dit is een plek waar fietsers gratis kunnen overnachten in 1 van de hutjes, de tipi of in eigen tent. Er staat een koelkast met koud drinken en voor broodjes zoveel als je kunt eten. Wij waren er op een drukke dag, er waren veel andere fietsers. Een super gezellige, relaxte en prachtige plek, midden in de natuur. En er zijn natuurlijk llama’s, nou ja het zijn alpaca’s maar dat is maar een detail.
Vanaf de Llama Ranch was het nog 1 dag naar de stad Helena. Dat leek niet zo ver, maar door de hele slechte weg duurde het nog behoorlijk lang. We moesten soms zelfs stukjes lopen. Maar we reden wederom door een prachtige omgeving van bossen, bergen en valleien. De laatste 15 km was een heerlijke afdaling over glad asfalt. In Helena trakteerden we onszelf op een hotelkamer en een hamburger in 1 van de restaurantjes.
Toen was het nog 2 dagen fietsen naar de mijnstad Butte. Onderweg overnachtten we in het kleine dorpje Basin voor het eerst in een dorpshuis (community center). Langs de route zijn een aantal plaatsen waar fietsers, tegen een kleine vergoeding, vrijwillige donatie of gratis, kunnen overnachten in het dorpshuis of de kerk. Dit was er 1 van. Je kunt daar dan je slaapmatje uitrollen en binnen slapen. Vaak is er een keuken waar je kunt koken. Maar het kan zijn dat je de ruimte wel moet delen met andere fietsers. In dit geval kwamen er ook nog 2 Zwitserse dames die we later ook weer tegen zouden komen.
We hebben onze tent opgezet op de camping in Butte en besloten om daar een dag te blijven. We moesten nodig onze was weer doen en inkopen doen voor de volgende dagen.