De noordelijkste plek van onze reis

Vanaf Skagway was het 2 dagen naar Whitehorse. Na het dorp ging het meteen omhoog, over de White Pass. Van zeeniveau naar ongeveer 1100 meter in 16 km, waarvan 15 km met een stijgingspercentage van 8%. Toen we bijna boven waren begon het wat te regenen; er zat zelfs wat natte sneeuw tussen. Het was dus erg koud. Eenmaal boven kwamen we in een soort maanlandschap; kaal en rotsig met allemaal poeletjes. Prachtig.

Een paar km na de top was de Canadese douane. Toen we daar binnen kwamen, was de eerste vraag; waar komen jullie vandaan? Ze wist het antwoord waarschijnlijk al, want we hadden onze oranje kleren aan. De reden van de vraag was dat het Nederlands elftal net gespeeld had en met 5-1 Spanje had afgedroogd. Wisten we dat ook meteen… We kwamen zonder problemen het land in.

Vanaf de grens naar het dorpje Carcross was nog pittig. Constant op en neer, maar gelukkig hadden we wind mee. Eindelijk eens geluk met de wind! Maar we zagen wel meteen onze eerste beer! Een jong beertje (zwarte beer) was lekker aan het eten aan de kant van de weg. Gelukkig was moeders niet in zicht, daar moet je voor oppassen.

Carcross is het enige dorpje onderweg, iets over de helft. We konden overnachten bij Laura, weer een adres via Warmshowers. Toen we in het dorpje aankwamen zijn we naar het visitors center gegaan om Laura te bellen. Blijkbaar zagen we er heel koud uit, want de dames boden ons een lekker warm kopje thee aan. Daar knapten we inderdaad weer wat van op.

De volgende ochtend niet al te laat vertrokken en na een bezoekje aan de bakker voor gratis koffie en wat lekkers onderweg, begonnen we aan de laatste kilometers naar Whitehorse. Het landschap was niet zo spectaculair als de dag ervoor, maar we hadden weer het grootste gedeelte wind mee en het was prachtig weer. Het was zonnig en lekker warm en na een paar uurtjes fietsen kwamen we bij het huis van Matt. Matt is de vriend van Laura en we konden bij hem logeren. Laura kwam later die dag ook thuis voor het weekend.

Het werd een gezellig weekend, met een mountainbike tochtje door de bossen achter Whitehorse en een bbq ter afsluiting. Het dorp Whitehorse is best een leuk dorp en alles wat je nodig hebt is er te vinden. Met name boodschappen waren voor ons heel belangrijk omdat het volgende stuk, naar Fairbanks, een stuk van bijna 1000 km was en pas na ongeveer 650 km weer wat eten te koop. Onderweg zijn er wel hele kleine winkeltjes bij benzinepompen ofzo, maar daar hebben ze maar heel weinig en alles voor woekerprijzen.

Na 2 dagen in Whitehorse hebben we afscheid genomen van Matt en Laura en gingen we richting Haines Junction. Dat hebben we de eerste dag niet helemaal gehaald, maar dat hoefde ook niet want we hadden de volgende dag afgesproken met David en Darlene, waar we konden logeren. Het was koud en bewolkt, maar we hadden wind mee en de heuvels waren niet heel steil. Het was zelfs vrij vlak. En we zagen weer een beer; een Grizzly deze keer. De eerste Grizzly die we ooit hebben gezien. Ook deze was zich van geen kwaad bewust en was heerlijk aan het eten langs de kant van de weg.

De volgende dag kwamen we aan in Haines Junction. David en Darlene hebben een prachtig, zelfgebouwd huis met een schitterend uitzicht op besneeuwde bergen. Een plek om jaloers op te zijn.

We kregen een rondleiding door het kleine dorpje en na een lekkere maaltijd hebben we nog even de omgeving verkend tijdens een heuse storm. Het is ook daar weer prachtig.

Toen begon een lang stuk zonder dorpjes, met alleen een paar campings. Vroeger waren er veel meer campings en lodges, maar een heleboel zijn nu dicht omdat het niet meer uit kan. De mensen rijden nu veel langere stukken door, waardoor veel accommodatie onderweg overbodig is. Voor ons als fietsers is dat best wel lastig. Soms is er een heel stuk niks en moeten we lange dagen maken om weer bij een camping te komen. Of juist hele korte dagen. Wildkamperen kan ook, er zijn heel veel prachtige plekken om de tent neer te zetten. Maar in berengebied is dat lastig, vooral omdat wij zo veel eten bij ons hadden. Beren kunnen heel goed ruiken en ruiken alles met een geur (eten, deo, douchespul enz.) al van heel ver. Aangezien je ze niet bij je tent wilt hebben, moet je al dat spul ergens neerleggen waar ze er niet bij kunnen. Een optie is om het in een boom te hangen, maar de bomen hier zijn heel laag en hebben niet veel takken dus is dat ook weer niet handig. Daarom wilden we liever op campings kamperen waar niet veel beren komen en/of waar we onze tassen ergens binnen konden zetten.

Vanuit Haines Junction ging het ook weer meteen omhoog, over een pas heen. Ook hier zagen we weer een Grizzly beer die heerlijk aan het eten was. Na de pas daalde het af naar Kluane Lake, een gebied waar veel fietsers die we tegen kwamen (het is een populaire route) veel beren hadden gezien. Ook wij zagen weer een beer. Van de eerste 6 fietsdagen hebben we 4 dagen een beer gezien.

De meeste dagen hadden we wind mee (voor de verandering) maar de temperatuur wisselde heel erg. De ene dag was het heerlijk zonnig weer, de andere weer bewolkt en koud. Toen we weer bij de Canadees/Amerikaanse grens kwamen kregen we een hoosbui over ons heen. Het was zo koud dat het bijna hagel was. Gelukkig werd het later weer droog en konden we de avond nog lekker in het zonnetje zitten. Na nog een paar goede dagen werd het weer slechter. Vooral ’s nachts regende het veel; hele nachten lang. Op een dag dat het de hele dag regende hebben we maar een hotelkamer genomen, we waren nat en koud en wilden graag een warme plek hebben om de rest van de dag door te brengen.

De omgeving wisselde van bos tot bergen tot meren en was over het algemeen erg mooi. Het ene moment fietsten we tussen de (lage) bomen en het andere moment opende het zich en zagen we weer bergen en heuvels. De laatste 300 km naar Fairbanks waren wel saai; we zagen eigenlijk alleen maar bomen en het was vrij vlak met lange, rechte wegen. De grond is permafrost en ontdooit dus nooit. Daardoor zijn de (sparren)bomen heel klein. Ze zien er uit als jonge boompjes, maar ze kunnen wel honderden jaren oud zijn. Door die permafrost en de lange winters hebben ze niet veel tijd om te groeien.

Die permafrost zorgt ook voor problemen met de wegen. Soms smelt er een stuk ijs weg (ondergronds) en dan verzakt de weg. Sommige stukken zijn dan ook heel slecht en vol met gaten en kuilen. De wegwerkers werken in de zomers 7 dagen per week om alles zo goed en zo kwaad als het kan weer op te knappen. Het seizoen is kort, dus werken ze de hele week door. Bij veel van die wegwerkzaamheden mag je niet langs fietsen. Waarom is ons een raadsel, maar ze willen het niet. De fietsen moesten dus achterin een pick up truck die voor de auto’s uitrijdt en wij konden lekker warm in de auto zitten. Helaas was het vaak maar een heel kort stukje en was het veel werk om de tassen van de fietsen te halen en er weer op te doen.

In het dorpje Tok, een aantal dagen fietsen vanaf Haines Junction, was er pas weer een supermarkt en wat echte bewoning. Daar konden we dus onze voorraden weer aanvullen. Twee dagen later kwamen we in de stromende regen aan in Delta Junction, weer een plaats met wat voorzieningen zoals een supermarkt. Bij Delta Junction kun je de beroemde pijplijn zien die dwars door Alaska loopt, van het uiterste noorden naar Valdez in het zuiden. Via het plaatsje North Pole, waarvan de Amerikanen zeggen dat de kerstman er woont, kwamen we eindelijk in Fairbanks. En het regende al weer. Maar de dagen daarna waren droog en zonnig, met een heerlijke temperatuur. Maar toch ook wel weer wat regen…

Na een paar dagen rust op een camping in Fairbanks en met een nieuwe voorraad eten in de tassen gaan we morgen weer verder. De volgende stop is Denali National Park, een nationaal park in de bergen met Mt. McKinley als grote attractie. Mt. McKinley is de hoogste berg van Noord Amerika. Het park staat ook bekend om de grote populaties wilde dieren zoals beren en elanden.

4 gedachten over “De noordelijkste plek van onze reis

  1. Greetings from Sunny San Diego, California. Ed and I are enjoying your travels and photos. Keep them coming! 🙂

    • Weer prachtige ervaringen het houd niet op, ga zo door!! Geweldig dat jullie dat met ons willen delen. Liefs….

  2. Wow, exciting that you have seen so many bears! Hope they continue to be cute and snuggly. Your photos look like the Patagonian landscapes all over again, but this time with pavement and not ripio 🙂 The pictures make me want to go visit my sister in Alaska even more.
    Good luck with long stretches of road ahead, keep the tires on the pavement!

    -E & L

Laat een antwoord achter aan Mollie Clough Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *