Baja California

Tsja, wat moeten we zeggen over Baja? We hadden veel gelezen en gehoord over Baja California. De meeste fietsers vonden het er prachtige, sommige vonden er niks aan. We wisten dus niet heel goed wat we moesten verwachten, we wisten wel dat er veel woestijn was. En dat was er inderdaad. En veel (tegen)wind.

Van La Paz, waar we met de boot waren aangekomen, naar Tijuana, waar de grens met Amerika is, was het ongeveer 1500 km. De weg loopt niet recht omhoog, maar je moet het schiereiland 3 keer in de breedte oversteken. Het is dus een soort zigzaggen.

De eerste 300 km was het erg heet, hadden we storm tegen en was de omgeving heel saai en vlak; woestijn met nauwelijks begroeiing. Pas na 100 km kwamen we door het eerste kleine dorpje, daarvoor waren er alleen 2 restaurantjes. Weer ongeveer 100 km verder was het volgende dorp, een wat groter dorp met hotels en supermarkt. Daarna was er ook niet veel meer, alleen kaalheid en harde tegenwind.

Na ongeveer 300 km kwamen we bij een kloof waar we eerst door afdaalden en daarna weer omhoog gingen. Pas daar werd de omgeving erg mooi. Het was alsof de wereld ineens open ging. Het ene moment fietsten we door een kale woestijn, het andere moment waren we in een kloof. Toen we daar weer uit waren, kwamen we in een soort berglandschap en op een gegeven moment zagen we de zee weer tussen de rotsen door. We waren weer terug aan dezelfde kant als La Paz. De kust daar is prachtig; blauwe zee, witte stranden en rotspartijen. De weg ging vlak bij de zee langs en heuvelde langs de kustlijn waardoor we prachtige uitzichten hadden.

In het plaatsje Loreto hebben we een hete rustdag gehad. Een rustig, schattig dorpje met een supermarkt, restaurantjes en toeristenwinkeltjes.

Na Loreto fietsten we nog een stukje bij de kust langs, tot het dorpje Santa Rosarita dat net een western dorpje lijkt met haar houten gebouwen en een kerkje dat ontworpen is door Gustaf Eiffel.

Maar toen gingen we het binnenland weer in. Een paar dagen was het wat rustiger weer, we leerden al snel dat het niet veel waaide als/zolang het bewolkt was maar dat met de zon ook de wind kwam. De ochtenden waren fris en bewolkt, dus weinig wind, en we hoopten elke dag dat de zon niet tevoorschijn zou komen omdat het dan dus ook weer hard zou gaan waaien. Meestal kwam de zon op een gegeven moment toch tevoorschijn…

Het middelste stuk van deze laatste oversteek was wel weer heel mooi. Het was nog steeds woestijn, maar nu met grote cactussen en grote, aparte rotsformaties. Grote stenen leken willekeurig in het landschap gegooid te zijn. Daarna werd het weer kaal een saai en de wind was er nog steeds.

Gelukkig waren er wel mooie bloemen te zien, in allemaal verschillende kleuren.

In veel van de landen waar we inmiddels doorheen gefietst zijn waren militaire controlepunten. In vol ornaat staan de militairen daar, in hun bunkers, met de vinger om de trekker en klaar om te schieten. Ze houden de auto’s aan om te controleren op wat dan ook; wapens, drugs en andere illegale dingen. Zo ook op Baja. Tot dan toe hebben we nooit hoeven stoppen om onze tassen open te maken, alleen voor een praatje. Op Baja was dat anders. Meteen de eerste controle die we tegenkwamen moesten de tassen open. Ze wezen ons aan welke tassen ze open wilden zien. Ook wilden ze graag een praatje maken, ze waren altijd heel vriendelijk. Meestal keken ze even vluchtig en dan kon alles weer dicht. Veel werk voor ons… En zo ging het een paar keer.

We kwamen weer bij de kust en in de plaats Ensenada, waar heel veel Amerikanen naar toe gaan. Waarom begrijpen wij niet. Er was niet veel aan en het toeristen deel waar ze dan eventueel nog op af zouden kunnen komen voor een leuke sfeer stelde niks voor; 1 straatje met (dure) restaurantjes en wat winkeltjes. Vlak voor Ensenada haalden we de 20.000 km! Het laatste stuk naar Tijuana was ook niet heel interessant, we waren weer in de bewoonde wereld.

De grensoversteek bij Tijuana is een verhaal apart. Het is de drukste grensovergang van Amerika/Mexico en ook daarover hadden we al veel gehoord en gelezen, dus we dachten dat we wel ongeveer wisten waar we te maken mee zouden krijgen. Maar er is eigenlijk niks dat je kan voorbereiden op hoe het was. Toen we aankwamen reden de auto’s al rijendik in file door de poortjes. Er zijn meer dan 25 poortjes, die je kunt vergelijken met tolpoortjes op een snelweg en de rijen auto’s waren zo lang dat we het einde niet konden zien.

Maar wij waren op de fiets en bij Tijuana mag je dan niet tussen de auto’s door. Je moet met de voetgangers de grens over. En dat was nog veel erger dan de auto’s! De rij mensen die er al stond was wel een km lang! Dat zou een meer-dagen-plan worden als we achteraan moesten sluiten en wachten. Maar de Mexicaanse mensen zijn vindingrijke mensen, vooral als het op geld verdienen aankomt. Er zijn taxi’s die je voor een paar dollar naar de voorkant van de rij brengen en dan mag je met voorrang door het hek dat voor het douanegebouw staat. Fietsen meenemen was geen probleem, dus alles ging op het dak van de taxi en daar gingen we. Maar het duurde deze keer veel langer dan normaal voordat we eindelijk bij de voorkant van de rij waren. Normaal duurt het ongeveer 45 minuten(!), nu ongeveer 2 keer zo lang… Maar als we in de rij waren gaan staan, had het minimaal 3,5 uur geduurd! En nu konden we tenminste zitten.

Bij de douane van het kastje naar de muur en weer terug en toen, na ongeveer 4 uren grensperikelen, waren we dan eindelijk in Amerika! En we kunnen 6 maanden (ipv 3) blijven dankzij ons visum. Omdat we inmiddels moe waren van dat hele gedonder, hebben we nog een stukje gefietst en toen een hotel gezocht.

We waren blij dat we er waren en dat we Baja achter ons hadden gelaten. Voor ons was het al met al niet een hele leuke fietservaring; de hitte in het begin, de constante storm tegen en de meestal saaie omgeving maakten het voor ons niet echt leuk. Van de 1500 km was misschien 250 km (erg) mooi, de rest was saai en kaal. Maar de mensen waren allemaal, stuk voor stuk heel erg aardig. Ook was voor ons het avontuur weer een beetje terug; nadenken over hoeveel eten en water en voor hoe lang en wild kamperen. Weer een beetje terug naar Patagonie.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *